Basis opdracht:
(maximaal 50 punten)
goed (per onderdeel
10 punten)
voldoende (per onderdeel
5 punten)
onvoldoende (per onderdeel
2 punten)
Veel geleerd:
Jullie hebben beide veel nieuwe kennis opgedaan. Dat geef je aan op het Word – document.
Jullie hebben redelijk wat nieuwe kennis opgedaan.
Jullie hebben niet zo heel veel nieuwe kennis opgedaan.
Veel ontdekt:
Jullie hebben beide veel nieuwe ontdekkingen gedaan. Deze hebben jullie als ‘tips’ gebruikt in het Word – document.
Jullie hebben wel redelijk wat ontdekt, maar deze ontdekkingen niet in het Word – document gebruikt.
Jullie hebben weinig ontdekt op de sites. Echt enthousiast over de opdracht zijn jullie niet.
Antwoorden op vragen:
Jullie hebben vooraf opgeschreven wat je wilt weten. Daar hebben jullie antwoorden op gevonden en deze verwerkt in je Word – document.
Jullie hebben vooraf opgeschreven wat je wilt weten. Jullie zijn er niet aan toegekomen de antwoorden te zoeken.
Jullie hebben vooraf geen vragen geformuleerd.
Nieuwe vragen:
Door het ‘surfen’ zijn er bij jullie nieuwe vragen ontstaan. Deze heb je verwerkt in je Word – document.
Tijdens het ‘surfen’ zijn er bij jullie nauwelijks nieuwe vragen ontstaan. Wel heb je ze verwerkt in je Word – document.
Je hebt eventuele nieuwe vragen niet verwerkt in je Word – document.
Word-document:
Een flitsend werkstukje! Het is qua opmaak en creativiteit een aantrekkelijk document. De vier onderdelen zijn op zijn minst ‘voldoende’ aanwezig.
Het is qua opmaak en creativiteit voldoende. Drie van de vier onderdelen zijn op zijn minst ‘voldoende’.
Het Word- document is qua opmaak en creativiteit niet aantrekkelijk. De helft van de onderdelen is niet aanwezig.